zondag: 13.30 tot 17.30 uur
vrije toegang
Veerle Rooms is geboren in Sint-Niklaas in 1947, en woont in Antwerpen).
Studies:
- Institute Sint-Maria, Antwerp
- National Higher Institute of Fine Arts, Antwerp
- Specialization Printmaking, Belgrade (former Yugoslavia)
- Specialization Printing (relief printing) in Tokyo ; Paper(making) art in Koshi (Japan)
- Specialization Monotype in Portland (USA)
- Specialization Heliogravure in New York (USA)
- Specialization ‘Acrylic Resist Etching’ & ‘Photo-Polymer Film’ in Edinburg (Scotland)
- Specialization Digital Prints in Boston (USA)
Artist in residence in o.a.:
Portland State University, Standfort University California, Syracuse University New York, Tamarind Institute New Mexico, University of Nebraska at Omaha, School of the Museum of Fine Arts Boston, University of South Dakota in Vermillion , 2003 Georgia State University Atlanta (USA)
TWA Johannesburg, University of Stellenbosch, Belleville-Capetown (South Africa)
Jan van Eyck Akademie (Netherlands)
`Printsaurus’, Sôkei Art School, Musashino Art University Tokyo (Japan)
Fundacio Pilar i Joan Miro-Mallorca (Spain)
Erfurt (Germany)
Christchurch ( New Zealand)
Prijzen:
- 1975 - Laureate of the Belgian Foundation ‘Roeping’
- 1977- Provincial Prize for Printmaking, Antwerp
- 1985 - Distinction by the Ministry of the Flemish Community as appreciation and encouragement of the artistic calling
- 1989 - Winning Work of the `Biennial for Printmaking’, Wakayama (Japan)
- 1991 - Winning Work of the `International Triennial Against War’, Lublin (Poland)
- Special Prize `IWA Foundation’ (former Czechoslovakia)
- 1996 - Grand Prix `The International Biennial of Graphic Art in Metal Techniques’ Cuprum VII (Poland),
De jongste jaren is er een sterk hernieuwde aandacht voor de waanzin van de Eerste Wereldoorlog. W.O.I. betekende een keerpunt in het beslechten van internationale conflicten en de manier van oorlogvoeren. Nieuwe communicatiemiddelen, nieuwe dodelijke wapens, het gebruik van mosterdgas, de nog jonge luchtvaart die werd ingezet, en vooral de jarenlange statische frontlijn met de ellende in loopgraven en bunkers van de Noordzee tot Zwitserland brachten het grootste drama voort uit de menselijke geschiedenis.
Wie ooit de soldatenkerkhoven in de Westhoek bezocht, wie ooit de Last Post hoorde in de Menenpoort in Ieper, vergeet nooit die tienduizenden namen van jonge soldaten die hierbij het lieven lieten.
Ondanks de veelheid aan informatie die over WO I werd verspreid is de prominente rol van Nieuw-Zeeland vrijwel onbekend gebleven.
Zowat 100.000 Nieuw-Zeelandse jonge mannen (op een toenmalige bevolking van 1 miljoen inwoners) kwamen naar het Westelijk Front. Zij werden geronseld om de troepen van het Britse Gemenebest te versterken in een oorlog die de hunne niet was. Op geen enkel moment werden hun eigen grenzen aan de andere kant van de wereld bedreigd. Bijna 20.000 sneuvelden, 40.000 werden zwaargewond en velen stierven nadien nog aan de gevolgen. Ook vele Maori’s vochten aan de zijde van hun kolonisators. Nieuw-Zeeland werd een land zonder mannen.
De tentoonstelling OUR SOLDIERS toont hoe dit nog steeds leeft in de harten van hun families in Nieuw-Zeeland. Niemand van hun gesneuvelde voorvaders werd gerepatrieerd. Duizenden kregen een anoniem zerk of worden enkel vermeld op herdenkingsmuren als ‘missing’.
OUR SOLDIERS is een initiatief van de hedendaagse kunstenaars Veerle Rooms (Vlaanderen) en Lieve Bierque (Nieuw-Zeeland), geruggensteund door een historische achtergrond vanuit Nieuw-Zeelands perspectief in boekvorm door Paul O’Connor.
De auteurs Willem Persoon (Vlaanderen) en Kate McColl (Nieuw-Zeeland) brengen hun eigen visie in dit project. Voor de vertalingen van hun teksten zorgden Tony Rombouts en Katlijn Van Acker.
Aan het project werd drie jaar intens samengewerkt vanuit de twee uithoeken van de wereld: Vlaanderen en Nieuw-Zeeland. Het resultaat is een reizend tentoonstellingspakket dat enkele dagen te gast is op Linkeroever.
Op de tonen van “the Last Post” werden de talrijke aanwezigen uitgenodigd plaats te nemen voor de vernissage van de tentoonstelling “Our Soldiers” in de Sint-Anna-ten-Drieënkerk.
Deze tentoonstelling kadert in de Vredesweek en is een internationaal samenwerkingsproject tussen Vlaanderen en Nieuw-Zeeland dat bestaat uit een kruisbestuiving tussen beeldende kunstenaars, zoals Veerle Rooms en Lieve Bierque (Nieuw-Zeeland) en auteurs als Willem Persoon en Kate McColl (Nieuw-Zeeland) met als onderwerp W.O.1 en de prominente doch vergeten rol van de Nieuw-Zeelandse soldaten in het drama van Flanders Fields.
Willem Persoon, die zich omwille van ziekte liet verontschuldigen, bracht met zijn warme stem - op band deze keer - een eigen oorlogsgedicht dat iedereen direct in de sfeer bracht.
Daarna werden de aanwezigen verwelkomt door Veerle Rooms die in haar inleiding uitleg gaf hoe dit project ontstaan is, met een winters bezoek aan de graven in Passendale en de daaropvolgende reis naar de nabestaanden van de slachtoffers in Nieuw-Zeeland.
Later op de avond ging ze dieper in op dit driejarig project, haar werk dat niet over de strijd zelf gaat maar over het leven in de loopgraven en de vele uren wachten… tussen de gevechten.
Ondertussen bracht Tony Rombouts enkele vertalingen van het werk van de Nieuw-Zeelandse dichteres Kate McColl en Paul O’Connor.
Willem Persoon las verschillende poëtische gedichten voor (op band) zoals “Vlaanderen brandt”, “Het veld van eer 1”, “De Ratten” en andere uit zijn dichtbundel “Our Soldiers”, geïnspireerd op het werk van Veerle Rooms en Lieve Bierque .
Uit “Emmeke” (Vriendin van Paul Van Ostayen) hoorden we een fragment wanneer Antwerpen gebombardeerd werd en hoe Emmeke en haar (fictieve) broer daarop reageerden.
Deze gesmaakte tekst werd voorgelezen door de schrijver Jan Lampo.
Als interludium na elke spreker bracht het a capella collectief “Les Voix Perdues” een keure aan oorlogs- en soldatenliederen zoals “Down upon the dugout floor”, “In Flanders fields”, “The Rhyme of Nomansland” en het meer bekende “Quand Madelon” wat de oudere generatie in sourdine meezong.
Met veel applaus, een passend dankwoord van onze voorzitter Erik Balbaert, bloemen en geschenken voor de uitvoerders kwam aan deze mooie avond een einde maar niet zonder daarna samen een glaasje te drinken op het succes van dit project en deze tentoonstelling.
Oeverkrant van 1 november 2010